MARIA IN LA SALETTE EEN BOODSCHAP VAN HOOP
Enkele
gedachten door de H.Paus Johannes Paulus II:
“Maria,
Moeder vol van liefde, schreef Paus Johannes Paulus II op 6 mei 1996, heeft in
La Salette haar droefheid getoond over het morele
kwaad van de mensheid. Door haar tranen, helpt ze ons een beter begrip
te krijgen tranen van de smartelijke ernst van de zonde,
van de verwerping van God, maar ook van de hartstochtelijke trouw
die haar Zoon betuigt ten aanzien van haar kinderen, Hij, de Verlosser wiens
liefde wordt gekwetst door onze vergeet- en onze weigerachtigheid.”
Het
gebed en in het bijzonder de rozenkrans maakt de weg vrij voor de hoop. Paus
Johannes Paulus II schrijft over La Salette: “Onze-Lieve-Vrouw vraagt dat haar
boodschap aan «heel haar volk wordt doorgegeven» door het
getuigenis van twee kinderen. En hun stem wordt inderdaad snel gehoord. De
pelgrims komen; er vinden heel wat bekeringen plaats. Maria was
verschenen in een licht dat doet denken aan de pracht van de gedaanteverandering
van de mensheid door de Wederopstanding van Christus: La Salette is een boodschap
van hoop, want onze hoop wordt gevoed door de tussenkomst van
Haar die de Moeder der mensen is. De breuken zijn niet onherstelbaar.
De nacht van de zonde maakt plaats voor het licht en de barmhartigheid van God.
Het aanvaarde menselijke lijden kan bijdragen tot de zuivering en het heil”
(6 mei 1996.)
Maria
verkondigde in La Salette volgende boodschap:
”Als
Mijn volk zich niet wil ONDERWERPEN ben ik gedwongen de
ARM van Mijn Zoon te laten gaan. Hij is zo zwaar en zo drukkend dat ik
hem niet langer kan tegenhouden.”
En ook:
“ALS ZE ZICH ZULLEN BEKEREN DAN ZULLEN DE STENEN
EN ROTSEN VERANDEREN IN GRAANHOPEN EN DE AARDAPPELEN ZULLEN GEZAAID LIGGEN OP DE
AKKERS.”
Wat een mooi hoopvol beeld…
Indien de mens zich bekeert (zich onderwerpt aan God!)
dan zijn er hoopvolle gebeurtenissen mogelijk!
De
apostel Paulus drukt zich als volgt uit:
“Maar waar de zonde heeft gewoekerd, werd de genade mateloos.”
( Romeinen 5: 20 )
( Romeinen 5: 20 )
 |
| “In La Salette heeft Maria ons haar droefheid getoond.” |
